Het Spint
het wint, het overheerst, het bijt maar
het spint, het fröbelt en het knaagt
het blijft en gaat niet weg
het blijft en gaat niet weg
het loopt en spookt maar door mijn hoofd
op hoge poten, bonkig, grijs en groot
het keert en vraagt “hoe lang nog?”
het tikt en vraagt “hoe lang?”
hoe lang?
hoe lang?
dan roert het niet en hangt wat in het zicht
kijkend naar het web waarin ik zit
het grijnst en zegt “ik zei toch?”
het grijnst en zegt “ik zei toch?”
het grijnst en zegt “ik zei toch?”
ik knik en laat weer los